Blog

Ooit schrijf ik een boek. Ooit.

Minisculus

“Rustige tonen, mijn favoriete nummer. Het eten was inmiddels geserveerd en onder mij en mijn ‘opdrachtgever’ heerste oprechte stilte. Ik luisterde naar de muziek in een poging mijn geest te ordenen. Zij luisterde naar de muziek in een poging haar beslissing vast te stellen. Maar ze wist het zeker. Onder haar handschoenen, de dieprode stof, verborg zij de littekens van een alcoholist, de littekens van een onstabiel mens. Ze was een slachtoffer.
Slachtoffers moesten worden geholpen. Vooral zij. Haar schoonheid was als een ster die in de zaal oplichtte. Concentreren was ongelofelijk moeilijk.”

“Shields! Eropaf!” riep Vince direct. die aarzelde geen moment en rende de straat over. Bow en Vince hielden beide richtingen van de lege vochtige straten in de gaten. Het was donker, elektriciteit was er lang niet meer overal. Het enige licht kwam van de reeks bliksemschichten die onverminderd door de wolken schoten. Vince kneep zijn ogen tot spleetjes. Na enkele minuten kwamen zowel Shields als Wizard terug, hoofdschuddend. “Goed bezig Wiz!” lachte Shields. “Je hebt ons zojuist gered van een verrassingsaanval door een wilde straathond!” Vince kon een glimlach niet onderdrukken. “En je hebt het arme beest neergeschoten? -Ja, ’t beest liet me verdomme schrikken, het was in geen geval m’n bedoeling.” zei Wizard. Een glimlach schoot door de gelederen van het 31e. Enigszins op hun hoede vervolgden ze de weg. Het was ondertussen opgehouden met zachtjes regenen.


“Het was dan ook vreemd dat Gunnery Sergeant Vince Goodman die vierde nacht heerlijk had geslapen. Het leek wel alsof hij thuis op zijn ranch had gelegen. Met zijn vrouw in zijn armen. Helaas werd hij wakker met zijn handpalm op het gevest van zijn handpistool rustende. Dit bracht hem met een klap terug in de werkelijkheid. “Gunny, het is tijd om te gaan. –Sorry dat ik je stoor, Vince, maar we moeten verder. Het gebeurd weer.” Indian was zacht naast Vince’s bunk neergestreken. “Indy, hoelang zit je hier al?” Indian keek hem versuft, niet begrijpend aan. Vince wist maar al te goed wat Geordie bedoelde.”

“Ze glimlachte lief. Ik begreep nu weer wat haar zo mooi maakte. In haar ogen zag je het licht van duizenden sterren. Met haar glimlach leek ze de hele gang op te lichten. Ik realiseerde me dat ik me nog niet verontschuldigd had. Met blosjes op mijn wangen stamelde ik dat het me speet. Ze antwoordde: “het geeft niet hoor” gevolgd door een knipoog. Op dat moment voelde ik mij de kleinste persoon op aarde.”